Eén van de minst begrepen vragen uit de bijbel is de volgende: Heer, zult u in deze tijd het Koningschap voor Israël weer herstellen? (Handelingen 1:6)
Het lijdt geen twijfel dat ze herstel van het Koningschap voor Israël verwachtten. Dit kan niet anders dan dat ze dit uit de vele profetieën wisten. Op vele manieren en plaatsen schrijven de profeten over het Koninkrijk. Het gaat dan over een bijzondere tijd, met vrede, geluk, vol van de kennis van God en erkenning van Israël door de volken.
Ook heeft God beloften gedaan aan David en het herstel van zijn koningschap. Maar allereerst zijn de beloften aan Abraham van belang.
Te beginnen bij Genesis 12:2 en 3: ...Ik zal u tot een groot volk maken, u zegenen en uw naam groot maken en u tot een zegen zijn. Ik zal zegenen wie u zegenen; en wie u vervloekt zal Ik vervloeken; en in u zullen alle geslachten gezegend worden.
Genesis 13:17: En Ik zal uw nageslacht maken als het stof van de aarde; als iemand het stof van de aarde zou kunnen tellen, dan zou ook uw nageslacht geteld kunnen worden. Sta op, ga het land door in zijn lengte en zijn breedte, want Ik zal het u geven.
Genesis 17:6-8: Ik zal u uitermate vruchtbaar maken en er zullen koningen uit u voortkomen. Ik zal Mijn verbond maken tussen Mij en u, al hun generaties door, tot een eeuwig verbond, om voor u tot een God te zijn en voor uw nageslacht na u. Ik zal aan u en het nageslacht na u het land waar u vreemdeling bent, heel het land Kanaän, als eeuwig bezit geven. Ik zal hun tot een God zijn.
Deze belofte en de zegeningen hebben een enorme reikwijdte in mensen, volken, plaats en tijd.
Als je goed kijkt naar de enorme zegeningen die God hier belooft aan Abraham voor het volk, dan ben je verbijsterd. Wat een rijkdom en eer heeft God bepaald voor de natie Israël. Zoveel materiële, fysieke en geestelijke zegeningen.
Het is duidelijk dat deze beloften nog niet vervuld zijn. Veel christenen menen dat deze zegeningen nooit helemaal werkelijkheid zullen worden door de ongehoorzaamheid van Israël. Misschien denkt men zelfs dat deze zegeningen overgegaan zijn op de christelijke kerk. Maar daar is nergens sprake van in de Bijbel en deze zegeningen zijn onvoorwaardelijk en zijn van God uitgegaan. Het is geen wederzijds contract. Het zal dus nog eens gaan gebeuren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten